Vier belangrijke strategieën voor de ouderenzorg
In de ouderenzorg wacht het management een zware taak. De komende jaren wordt een slagveld verwacht. Veel verzorgingshuizen kampen nu al met meer leegstand. Door de afnemende vraag naar intramurale zorg zullen zorginstellingen in de ouderenzorg diverse locaties moeten sluiten, tenzij zij op tijd de koers wijzigt en de strategie aanpast. Welke strategieën zijn er zoal mogelijk voor de ouderenzorg? Wat zijn haalbare opties? In deze blog noem ik de vier belangrijkste strategieën.
Ontwikkelingen
Er is al veel veranderd in de ouderenzorg. Vanaf 1 januari 2013 worden voor nieuwe ZZP 1 en 2 cliënten geen indicatie meer afgegeven voor een opname in een verpleeg- of verzorgingshuis. Vanaf begin dit jaar geldt dit ook voor cliënten met de indicatie ZZP 3. Zorginstellingen met relatief veel verzorgingshuizen hebben het zwaar en dreigen in de rode cijfers terecht te komen. Deze situatie zal zeker niet verbeteren. De capaciteit van de zorginstellingen zal nog verder onder druk komen te staan, omdat vanaf 2016 ook zeker de helft van de ZZP 4 cliënten geen opname indicatie meer krijgen. In plaats daarvan krijgen deze cliënten hun geïndiceerde zorg thuis, waarbij zij aanspraak kunnen maken op thuisverpleging, die vanaf 2015 in de zorgverzekeringswet wordt opgenomen. Cliënten, die niet thuis willen blijven wonen, kunnen een kamer in een verzorgings- of verpleeghuis huren.
Vastgoed
Naast deze ontwikkelingen speelt tegelijkertijd nog het vraagstuk van de kapitaallastenvergoeding, die vanaf 2019 volledig afhankelijk wordt van de productie op basis van de Normatieve Huisvestingscomponent (NHC) en de Normatieve Inventariscomponent (NIC). Deze componenten zullen stapsgewijs worden opgebouwd:
- NHC: Van 90% nacalculatie en 10% NHC in 2012 naar 100% NHC in 2019
- NIC: Van 50% nacalculatie en 50% NIC in 2015 naar 100% NIC in 2019
Vanaf 2019 maken deze componenten volledig onderdeel uit van het tarief, waarmee de investeringen in en het onderhoud aan de gebouwen bekostigd moeten worden. Hierdoor lopen zorginstellingen meer risico. Vastgoed wordt niet meer als vanzelfsprekend geheel vergoed. Te veel leegstand is een verliespost, maar hoe ga je als zorginstelling dit voorkomen bij een afnemende zorgvraag?
Vier strategieën
De combinatie van deze fasegewijze afbouw van kapitaallastenvergoeding met de afnemende vraag naar intramurale zorg maakt het extra complex en leidt op termijn tot grote financiële risico’s als hierop niet op tijd geanticipeerd wordt. Zorginstellingen zullen alle zeilen moeten bijzetten om op al deze wijzigingen een adequaat strategisch antwoord te kunnen geven. Want hoe ziet uw vastgoedportefeuille er de komende jaren uit? Wat gaat de zorginstelling doen met de verzorgingshuiscapaciteit? Zet zij deze capaciteit om naar een verpleeghuis of gaat ze de gebouwen aanpassen en verhuren als appartementen?
Veelal blijkt de oplossing in essentie neer te komen op de vier hierna genoemde strategieën.
1. Omzetten naar verpleeghuizen
Al enkele jaren wordt de strategie gehanteerd om verzorgingshuizen om te zetten naar verpleeghuizen. Deze strategie hangt sterk af van het (toekomstige) aanbod van zwaardere cliënten (vanaf ZZP 5) in het verzorgingsgebied. Deze strategie alleen zal vaak niet voldoende zijn, omdat het wegvallen van de cliëntengroep ZZP 1 t/m 4 (voorlopig) niet volledig wordt gecompenseerd door meer instroom van zwaardere cliënten.
2. Huren als appartementen gecombineerd met extramurale zorg
Extra cliëntenaanbod is mogelijk als de verzorgingshuizen worden omgevormd tot appartementen. Deze appartementen kunnen dan worden verhuurd aan nieuwe cliënten, die een indicatie hebben voor thuiszorg of thuisverpleging of in de toekomst zorg nodig zullen hebben. Bij deze strategie is het van belang dat de appartementen flexibel zijn ingericht, zodat ze snel kunnen worden aangepast aan de veranderende woonwensen van de cliënt. Ook zullen aanvullende voorzieningen moeten worden geboden, die in de thuissituatie niet mogelijk zijn. Dit kan namelijk een belangrijke reden voor nieuwe cliënten zijn om de thuissituatie te verruilen voor een appartement.
3. Uitbreiden van de thuiszorg
Uitbreiden van de thuiszorg kan ook een strategie zijn. Er kunnen dan bijvoorbeeld (wijk)steunpunten worden opgezet van waaruit zorg aan cliënten in de thuissituatie wordt verleend. Dit betekent echter wel een afbouw van de verzorgingshuiscapaciteit. Is er sprake van huur dan kunnen de bestaande huurcontracten (met corporaties) een bottleneck vormen. Wanneer het vastgoed in eigen bezit is, is een besluit tot een versnelde afschrijving een optie.
4. Bieden van alternatieve huisvesting
Een andere strategie is de verzorgingshuizen geschikt te maken voor alternatieve huisvesting, Te denken valt bijvoorbeeld aan het bieden van huisvesting aan studenten of arbeidsmigranten. Deze strategie is veelal alleen mogelijk als een derde partij als exploitant geïnteresseerd is in een dergelijke huisvesting. De strategie is voornamelijk een optie als de locaties (dreigen) leeg komen te staan, terwijl er geen mogelijkheid is om het verlies aan boekwaarde van het vastgoed financieel op te vangen.
Bedankt voor het delen van de vier strategieën die de oplossing kunnen zijn voor de ouderenzorg. Ik geloof dat thuiszorg nog steeds een belangrijk onderdeel is en deze inderdaad moet gaan uitbreiden. Ook hoop ik dat meer mensen er in de toekomst voor kiezen om in de zorg te gaan werken.